Afscheidsinterview Franc Weerwind
Gepubliceerd in Almere DEZE WEEK, 9 januari 2022
Franc Weerwind wordt minister in nieuwe kabinet Rutte
‘Almere krijgt met mij een ambassadeur in Den Haag’
ALMERE – Franc Weerwind staat maandag op het bordes als minister van het kabinet Rutte 4. Hij wordt minister voor Rechtsbescherming. In dit afscheidsinterview kijkt hij terug op zijn Almeerse tijd, zijn hoogte- en dieptepunten en gaat hij in op de kritiek dat hij Almere verlaat op een moeilijk moment: vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen en de opening van de Floriade.
Door Marcel Beijer
Weerwind grinnikt als de verslaggever hem aan het begin van het interview aanspreekt als ‘excellentie’, de formele aanspreektitel voor een minister. “Zeg dat alsjeblieft niet. Het is gewoon Franc Weerwind. Ik blijf met mijn benen op de grond.”
Wat doet een minister van Rechtsbescherming eigenlijk?
“Rechtsbescherming is een brede portefeuille: onder mij vallen alle rechterlijke instanties, jeugdzorg, slachtofferhulp, de gevangenissen. Kort gezegd: de Nederlander moet goed toegang kunnen krijgen tot het recht bij conflicten of incidenten. Dat geldt zowel bij een meningsverschil met de huisbaas, als met de overheid. Als je aanklopt moet je gehoord en geholpen worden. Dit nieuwe kabinet wil dat toegankelijker maken. Er gaat geld naar de sociale advocatuur en de griffiekosten worden verlaagd.”
U heeft daar niet echt ervaring mee
“Ja en nee. Als burgemeester krijg je veel te maken met onrecht in de samenleving en moet je oog hebben voor de mensen in de stad. Kijk naar de ondernemers die met de Corona-maatregelen te maken kregen, of mensen die in conflict zijn met wooncorporaties. Hoe kan je ze wijzen op de mogelijkheden die er zijn? Het woud der bureaucratie is soms onbegrijpelijk. Welke bescherming hebben zij om hun recht te halen? Ik ken dat dus uit de praktijk. Daarnaast viel de penitentiaire inrichting in Almere ook in mijn portefeuille. Ik mag hier nu op Rijksniveau inhoud aan gaan geven.”
U bent onlangs herbenoemd als burgemeester. U zei ook geen ministerspost te ambiëren. Wat is er gebeurd?
“Ik heb daar een aantal slapeloze nachten van gehad. Ik wist de kritiek: de Floriade komt eraan, de gemeenteraadsverkiezingen, de gemeentesecretaris is opgestapt. Ik begrijp dat het momentum niet fijn is. Maar geen enkel moment is geschikt. D66 heeft een zeer dringend beroep op mij gedaan om een stap naar voren te maken. We zien een verharding in de samenleving en we zien ook het vertrouwen in de politiek afnemen. Ik denk dat ik een steentje kan bijdragen om die kloof te dichten, om bruggen te bouwen. Maar het is verdomd lastig om mijn stad los te laten.”
Welk verschil heeft u in Almere gemaakt?
“Dat is op het gebied van veiligheid, zeker ook door de fantastische samenwerking met de Officier van Justitie en de politiechef. Toen ik hier kwam waren er behoorlijke rellen met stenengooiers naar bussen in Kruidenwijk. Binnen twee weken hadden we dat onder controle. Toen er in Nederland in alle grote steden coronarellen waren, bleef het in onze stad rustig. Dat is te danken aan die goede samenwerking. Ik heb als burgemeester van Almere maar één keer het instrument van preventieve fouillering hoeven inzetten. Dat was omdat het móest. Ten opzichte van andere grote steden is Almere relatief gezien een veilige stad.”
Veiligheid was ook de opdracht bij uw aanstelling. Dus de missie is geslaagd?
“Dat zou ik teveel blabla vinden. Veiligheid is iets wat je continue moet blijven onderhouden. De veiligheidscijfers tonen aan dat we er bovenop hebben gezeten. En dat was soms best een klus. Er zijn veel wethouders en fractievoorzitters vertrokken en toch moesten we de stad blijven besturen, vertegenwoordigen in andere regio’s of in Den Haag. We zijn er wel in geslaagd.”
Hoe kijkt u op uw Almeerse tijd terug nu u de stad verlaat?
“Ik verlaat Almere niet. Waarom zou ik verhuizen? De kwaliteit van wonen in deze stad is fantastisch, dat weet iedereen die hier woont. Ik zie ook hoe Almeerders met hart en ziel blijven pionieren en ongekend bij hun stad betrokken zijn. Ik zie dat ook bij wethouders en diverse raadsleden. De stad geeft daartoe ook de ruimte. Dat is de kracht. Almere krijgt met mij echt een ambassadeur in Den Haag.”
Wat ziet u als uw dieptepunt?
“Ik blijf het altijd een dieptepunt vinden als jongeren andere jongeren geweld aandoen. Straatroven, straatovervallen: dat raakt me. Daarnaast vond ik persoonlijk jaren geleden een artikel in jullie krant pijnlijk omdat het niet waar was. Daarin uitten anonieme politieagenten kritiek op mijn manier van besturen. Ik zat hier nog maar net, de relatie met de toenmalige politiechef was juist ontzettend goed. Ze is inmiddels al een tijdje weg, maar ik ben nog steeds met haar bevriend.”
En het hoogtepunt?
“Ach, dat is ook zoiets lastigs. Ik ben geen burgemeester die meedeed aan televisiespelletjes. Laat ik het klein houden: ik vind het een hoogtepunt dat ik de afgelopen week heel veel kaartjes met gelukwensen mocht ontvangen van Almeerders die me bedanken me voor wat ik gedaan heb. Dat zegt wel wat. Sinds de coronatijd tref ik regelmatig ook tekeningen van kinderen aan in mijn brievenbus. Jonge kinderen! Misschien aangespoord door hun ouders, maar dat is zoiets moois.”
Toch was de kritiek op social media niet mals. Het onderbuik gevoel is dat u wegvlucht uit de stad, onder meer vanwege de Floriade.
“Ja, ik ken die berichten en ik heb aangegeven hoe moeilijk mijn beslissing was. Ik ben nu bezig met mijn overdrachtsdossier samen te stellen voor de interim-burgemeester. Alle onderwerpen die er liggen. Geloof me, het is echt lastig om de stad los te laten. Ik ben echt niet over een nacht ijs gegaan. En ik hoop echt dat de Floriade een succes voor de stad wordt.”
Dat is logisch. Maar het gevoel is: de Floriade komt eraan en dan smeert de burgemeester ‘m.
“En als blijkt dat de Floriade een succes wordt? Ik ben benieuwd wat de mensen dan zeggen? Dat succes heb ik als burgemeester dan niet meegemaakt, terwijl ik daar de afgelopen jaren wel keihard aan gewerkt heb.”
Wat zou u de volgende burgemeester willen meegeven?
“Hou van de stad, ken je stad. De Almeerders verdienen dat.”