Conspirituality
Ik hoorde een nieuw woord: conspirituality.
Het is een samenvoeging van conspiracy (samenzwering) en spirituality (spiritualiteit).
Sinds mijn spraakmakende reportage over complotdenker Frans Heslinga houdt me dat momenteel bezig.
Die man beweert dat de aarde plat is en de mensheid overgeleverd aan de grillen van de NASA.
Met spiritualiteit geloof je dat er meer is tussen hemel en aarde en ik ben daar van overtuigd. Zo ervaar ik zelf regelmatig de werking van het Veld dat alles en iedereen met elkaar verbindt.
Maar met conspirituality wordt de groep mensen omschreven die hun spiritualiteit gebruiken als basis voor complottheorieën.
Dat deed ook die Heslinga in zijn lezing over de platte aarde: wie zich openstelt voor het hogere, dient er vanuit te gaan dat bijna niemand op de aardbol te vertrouwen is omdat ze allemaal in één gigantisch complot zitten: de overheid werkt tegen je, de WEF (world economic forum) is uit op een nieuwe wereldorde, de MSM (main stream media) geeft nepnieuws.
De laatste maanden zien we die groepering zelfs extreem rechts gedachtengoed aanhangen. Zelfs de inval van Rusland in Oekraïne wordt goedgepraat, want Poetin vecht tegen dat complot.
Het is een spirituele oorlog in hun ogen. De Russische president speelt daar handig op in: eerst zei hij dat Oekraïne een nazi-bewind had, nu spreekt hij van een Satanistisch bewind.
Merk het verschil…
Twee kennissen van mij zie ik momenteel in die wereld meegaan.
‘Niet alles geloven wat de MSM zeggen hè?’, liet er een er laatst via WhatsApp weten.
‘Hallo!’, schreef ik terug. ‘Ik ben onderdeel van de MSM! Ik weet dat verreweg de meeste journalisten uitsluitend publiceren op basis van feiten.’
De ander verweet me dat ik al de “covid-bullshit” geloof. ‘Ik vind jou een spiritueel mens. Dan zou je beter moeten weten.’
Zo dichtbij mij zit het dus al.
Het is best een enge ontwikkeling, goed samengevat in dat ene woord: conspirituality.
Ik zou mezelf nooit spiritueel noemen, maar wie zich dat voelt moet niet gaan zweven.
Maar moet juist met beide benen op de grond blijven staan.
Aarden, noemen ze dat.