Bekentenissen van een kabelsleper (18)
Bekentenissen van een kabelsleper (18)
‘De mei… de mei… de meisjes!!!’
Het is weer tijd voor een serieuze bekentenis in de serie Bekentenissen van een kabelsleper. Dit was een moment van zwakte waarvan de meeste lezers zullen zeggen: waarom schrijf je dit op? Het antwoord is simpel: ik ben een schrijver.
Het was in Grou, Friesland. Een dorpje dat ik alleen kende van het liedje De Lonesome Cowboy van de Amazing Stroopwafels. Veronica had de tent van Nederland Muziekland neergezet op een aantal pontons die in de vaart van de Rjochte Grou lagen. De crew sliep in een nabijgelegen bungalowpark. Zoals altijd in afgelegen dorpen, probeerden ook hier de plaatselijke deernes een glimp van de artiesten op te vangen. The Star Sisters waren er, Herman Brood, Hans de Booij, the Guys and Dolls, Normaal….Maar het gegeven dat ook wij, de simpele medewerkers, uit televisiestad Hilversum kwamen was al genoeg om interessant gevonden te worden.
Brunette
Na een repetitie kwam een breedheupige brunette met haar vriendin aan de tafel met kabelslepers zitten. Ze waren leuk. We namen ze mee uit eten, we dronken ietsje te veel in de lokale kroeg en we namen aan het eind van de avond afscheid op een manier die een samenwonende jongeman niet hoort te doen. Ach, in die tijd was het allemaal wat losser. Ik vond de aandacht fantastisch.
Asterix
Ik deelde met een bevriende kabelsleper een bungalowtje en we lagen al in bed toen er, ver na middernacht, aan de voordeur werd geklopt. We reageerden zoals de zeerovers in de Asterix-albums doen als de Galliërs weer opduiken: verbaasd en engszins angstig. ‘De mei… de mei… de meisjes!!!’ Mijn collega opende de deur en ik pakte van het aanrecht de fles Beerenburg die daarna vrolijk van mond tot mond ging.
De volgende ochtend werd ik wakker met hoofdpijn en de breedheupige brunette naast me in bed.
‘Hebben we….?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Zo eentje ben ik niet, hoor.’
Oost-Indisch
We namen er twee afleveringen tegelijk op. Het meisje hing nog twee dagen aan mijn lippen. Het bleef bij zoenen. Meer niet. Toen de NOS-bus uit Grou wegreed riep ze vanaf de straat of ik haar nog zou schrijven. Ik zat al in de bus, keek laf de andere kant op, Oost-Indisch doof. Ik kon het lieve kind niet meer onder ogen komen: mijn vriendin wachtte thuis.
‘Marcel, ze huilt. Zwaai even naar haar’, zei mijn collega.
Ik deed het niet. Slappe zak die ik was.
Heel soms komt de herinnering weer boven en slaat de schaamte een zwart gat in mijn ziel.
Bekentenissen van lang geleden
De uitzending is hier te zien. Aan het beeld kun je zien: het is héél lang geleden.
Zij is mij waarschijnlijk allang vergeten. Zo niet: vergeef het me eh… dinges. Tja, ik weet je naam niet eens.
De relatie met mijn vriendin liep stuk en jij hebt vast een lieve man en een mooi gezinnetje, ergens in Friesland.
Meer bekentenissen lezen? Kijk hier